Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [16]Hij riep mij, en sprak tot mij, zeggende: Zie, deze, die uitgegaan zijn [17]naar het Noorderland, [18]hebben Mijn Geest doen rusten in het Noorderland. 16. Of, hij deed mij roepen. 17. Uit welken hoek de Joden allermeest zijn gekweld geweest van de Babyloniers. 18. Dat is, hebben mij tevreden gesteld, namelijk doordien zij mijne gerichten tegen de Babyloniers volktrokken en mijn volk ter dege wreken. Verg. Ezech.5:13.